Solo van noord naar zuid: de Amerika's - verslag van Adriaan

Een onderbreking, en Californië

E-mail

Old Faithful, Yellowstone Op 4 september, onderweg naar Yellowstone ontvang ik een e-mailtje van mijn vader. Het is een chronologische lijst die vlak na mijn vertrek uit Europa begint: hij heeft de huisarts bezocht op 19 juni met wat bloeddrukklachten. De lijst vervolgt met onderzoeksverrichtingen en eindigt met een geplande open-hart operatie over een paar dagen.

De lijst is een beetje summier. Ik probeer te telefoneren maar zijn #@$&! GSM doet het nooit als ik 'm nodig heb. Via de telefoon van de verpleegsters zegt mijn vader dat het allemaal onder controle is en dat het e-mailtje ter kennisneming is. Zijn cardioloog vertelt me: "Zo'n bypass operatie is routine en uw vader is verder gezond. Ik zou er niet voor terugkomen." Hij meldt ook dat de (door een andere cardioloog veroorzaakte) verstopping in de beenslagader tijdens de dezelfde operatie zal worden opgeheven.

Nou ken ik mijn vader al wat langer en ik weet wel dat hij nooit iemand om hulp vraagt. Op het moment van de operatie zit ik wat verdwaasd te kijken naar een enorme geyser. 'Old Faithful' doet wat er van haar verwacht wordt, maar ik realiseer me: "Ik ben op de verkeerde plek!". Eénmaal weer bij een telefoon aangekomen vertelt de intensivecareverpleger me dat de operatie goed is verlopen maar dat mijn vader nog een aantal uren langer onder narcose blijft omdat men het niet helemaal vertrouwt, én dat zijn voet koud is gebleven. Natuurlijk is het een routine-bypass, maar de complicaties zijn dat niet. Ik moet terug. Maar da's een beetje lastig, want ik ben middenin een Nationaal Park.

Mark en Anne Nou heb ik in Alaska een half uurtje staan praten met twee motorrijders die me uitnodigden om samen een stukje in hun buurt te gaan rijden. Mark en Anne wonen in Boise, Idaho. Er is een internationale luchthaven in Boise en het is (maar) twee à drie dagen rijden. Het eerste hotel buiten het park heeft internet en vanuit hun lobby stuur ik een e-mailtje. Ik rijd door zonder het antwoord af te wachten; ik heb geen tijd te verliezen. Mark's antwoord ("Natuurlijk kun je je motor hier achterlaten!") lees ik als ik in Idaho Falls (op één dag afstand) ben.

Isabelle duldt mijn tegenspraak niet: ze rijdt in het midden van de nacht van Hasselt naar Amsterdam om me op te halen. Samen rijden we vervolgens naar Enschede waar we om negen uur in de ochtend aankomen. Mijn vader, nog zwakjes en op "medium-care", is zichtbaar opgetogen over mijn komst.

Ik logeer bij Marcel en ga dagelijks op ziekenbezoek. Twee weken na zijn eerste ontslag is mijn vader alwéér opgenomen: een paar problemen en complicaties zijn hardnekkig - na nog twee weken (onderzoeken en wachten) is een tweede, flinke operatie nodig om de schade in de beenslagader te herstellen. Deze onverwachte ingreep lijkt méér van mijn vader te vergen dan de hartoperatie en ik ben blij dat zijn vriendin Maja en ik hem kunnen steunen.

Mijn vader en verpleegster Er volgen nog vijf toch wel bijzondere weken waarin ik de weekdagen samenwoon met mijn vader en in weekeinden bij Isabelle ben. Op 14 november hervat ik mijn reis.

Invallende winter

Inmiddels is het in Boise zo koud dat Mark afziet van een rondje gezamenlijk rijden. Hij heeft gelijk: in deze omstandigheden zit je niet voor de lol op een motor. Ik verwen mijzelf met de aanschaf van een electrisch verwarmde binnenjas maar als ik de eerste heuvelrug oversteek daalt de temperatuur (overdag) tot 1°C. Ik wil naar de Stille Oceaan omdat aan de kust de temperaturen milder zijn. Een tegenligger vertelt me dat de tweede heuvelrug vol ligt met 15 cm 'slush' (smeltende sneeuw). Noodgedwongen volg ik de volgende dag een andere weg pal zuid (in plaats van west).

Regen in Californië De derde dag bereik ik Californië via de binnenlanden en kies ik een prachtige westelijke weg dwars door de bossen. De neerslag is hier gelukkig gewone regen, en het is de moeite! De hoge col van de verwarmde binnenjas komt (kennelijk) boven de regenjas uit. Maar door de verwarming merk ik pas dat het lekt als het water 's middags in mijn (onverwarmde) ondergoed loopt. Gelukkig kom ik dan net een hotel (met wasmachines en -drogers voor de gasten) tegen.

Na nog twee dagen bereik ik San Fransisco en Santa Cruz, waar de temperaturen heel aangenaam zijn. Zo prettig dat ik begin na te denken over een gang naar Yosemite en Sequoia National Parks. Echter, dat moet ik snel uit mijn hoofd zetten, want zo hoog in de Sierra Nevada is al veel sneeuw gevallen. Corbin, de fabrikant van mijn zadel (dat gerepareerd moet worden) is twee weken dicht in verband met Thanksgiving en Carolyn is bij haar familie aan de oostkust. Ik gebruik een dag om wat aan een strand te zitten, rond te rijden in de bergen rondom Santa Cruz en ik ga slapen in Monterey.

Microscoop met TV Ik besluit niet te gaan duiken (mede omdat het heel lang geleden is dat ik in 14°C koud water heb gedoken) maar daarvoor in de plaats bezoek ik het uitstekende Monterey Sea Aquarium. Ik besteed er bijna de hele dag: volgens mij is dit het best georganiseerde 'museum' ooit. Er is voor elk wat wils: de wetenschappelijk geïnteresseerden komen er even goed aan hun trekken als kinderen (die de kans krijgen om flora en fauna uit de zee aan te raken). Er zijn indrukwekkende haaien, maar ook een microscoop aan een enorm TV scherm waarop je plankton kunt zien.

De volgende dag vertrek ik uit Monterey om de PCH (Pacific Coast Highway, ook wel Highway One) te rijden. Maar ik word aangetrokken door de weg naar Carmel Valley, die ik inrijd in de hoop dat ik de Bernardus wijngaard terug kan vinden. Dat lukt niet en de hele vallei rijden is aanlokkelijk, maar PCH is nóg mooier: ik verlaat de vallei. Maar na 100 km PCH val ik opnieuw ten prooi aan mijn wispelturigheid.

Road Closed Tien jaar geleden heb ik een piepklein weggetje gevonden, Nacimiento geheten, dat vanaf PCH naar één of ander militair oefenterrein leidt, dwars over de hoge bergen. Het terrein is toegankelijk (je mag alleen de weg niet af) en ik kies een doorgang via een onverharde weg. Helaas blijkt die afgesloten en moet ik ongeveer 150 kilometer terug- en omrijden. Maar uiteindelijk kom ik toch uit aan het einde van Carmel Valley Road. Op die manier kan ik toch nog Carmel rijden, al kom ik (met een lekke band, overigens) uit bij hetzelfde hotel waar ik vanochtend vertrok. Een hele dag rijden en uitkomen waar je begon is niet mijn ding, maar voor deze omgeving maak ik uitzonderingen.

Terug

Corbin De volgende ochtend lukt het wel PCH af te rijden (in alweer stralend weer). In Los Angeles bezoek ik een oude vriendin, en nabij Palm Springs een nieuwe. Een paar dagen later keer ik terug naar L.A. om die oude vriendin nog eens te bezoeken en daarna... besluit ik helemaal terug naar het noorden te rijden. Corbin is weer aan het werk en ik zou om minder nog eens Californië doorkruisen.

Bij Corbin maak ik gebruik van hun 'ride-in'. Als je speciale wensen hebt, dan kun je je zadel in de fabriek laten veranderen zoals je dat wilt. Eén van de aanwezige klanten wil een iets dikker en hoger zadel, een andere heeft een probleem met de 'seat-pan' omdat zijn splinternieuwe crossmotor nét iets andere schroefgaten heeft, een derde wil voor zijn meerijdende vriendin een breder achterzadel.

Ik wil alleen een nieuwe bekleding, want het leer van mijn zadel is na 250.000 km toch een beetje érg gecraquleerd - links is een gat aan het ontstaan. (Het was goed spul: als ik gemiddeld 80 kilometer per uur zou rijden, dan heb ik er meer dan 3000 uur op gezeten, ofwel meer dan één kwartaal 24/7.) De helft van de werknemers in de fabriek komt om beurten kijken naar mijn oude motor en het doet ze zichtbaar goed dat 'hun' product de hele wereld over is geweest. Binnen een paar uur hebben ze een nieuw zadeldek genaaid en ben ik weer op weg. Ik heb andermaal een zandpad op het oog, dat andermaal afgesloten blijkt. Maar nu kom ik er niet met omrijden: wat er aan de andere kant van het pad is zal ik niet te zien krijgen.

Sequoia

Sequoia National Park Inmiddels is het al zo lang mooi weer dat ik (op internet) kijk of de weg door Sequoia National Park misschien weer open is. En dat blijkt het geval! De enorme bomen in dat park maken altijd grote indruk op me, en ik ben er nog nooit zo laat in het seizoen geweest. Een dag wandelen durf ik niet aan - er is wel sneeuw voorspeld en ik wil onder geen voorwaarde proberen een berg af te rijden over besneeuwde wegen. In de parken wordt geen zout, maar alleen spaarzaam zand gebruikt. Bij het minste of geringste sluit men de weg gewoon af.

Ik wip nog een keer aan bij de nieuwe vriendin (waar ik me een dag bezighoud met klusjes doen) en rijd dan naar San Diego. Daar rust ik wat uit voordat ik op 12 december aan het Midden-Amerikaanse deel van het avontuur ga beginnen.